10 tips voor ouderwerkingen over de schoolverzekering

Zoeken

Dit document is enkel zichtbaar voor leden van de VCOV.
Word nu lid
Goed verzekerd op school

1. Organiseer activiteiten in overleg én met goedkeuring van de school.
De schoolpolis geldt enkel voor activiteiten die door de school georganiseerd, gecontroleerd en toegelaten zijn. Vermeld op de uitnodiging én in het verslag van de voorbereiding: ‘een organisatie van de school in samenwerking met de ouderwerking’. Zo is het voor de verzekeringsmaatschappij meteen duidelijk wie de organisator is.

2. Neem je voorzorgen als je toch activiteiten zonder de school organiseert.
Het doel van een ouderwerking is het bevorderen van een goede samenwerking tussen ouders en school. Het is evident dat de ouderwerking dan ook enkel activiteiten organiseert waar de school achterstaat. Organiseert de ouderwerking toch een activiteit op eigen initiatief én zonder de goedkeuring van de school, dan treedt ze op als ‘feitelijke vereniging’, onafhankelijk van het schoolbestuur. De schoolpolis komt niet tussen en het schoolbestuur kan niet aansprakelijk gesteld worden bij problemen. De ouders die meehelpen zijn niet gedekt door de schoolpolis en ook de leerkrachten zijn niet gedekt door hun arbeidsongevallenverzekering. De ouderwerking moet zelf zorgen voor de nodige verzekeringen en is verplicht de vrijwilligers hierover te informeren. Enkel oudercomités (en geen ouderraden of vzw's) kunnen eventueel een beroep doen op de gratis vrijwilligersverzekering van de gratis vrijwilligersverzekering van de Vlaamse Overheid.

3. Vraag toelichting bij de schoolpolis.
Elke schoolpolis is specifiek en schoolgebonden. Je kan best navragen bij de directie of de verzekeringsagent welke specifieke clausules opgenomen zijn in de polis van jouw school. Zo dekt de schoolpolis (verplicht) de burgerlijke aansprakelijkheid van de vrijwilligers, maar rechtsbijstand of een ongevallenverzekering is facultatief.

4. Ga na of een materialenpolis nuttig is.
Voor bepaalde activiteiten kan het nuttig zijn om ook een materialenpolis te nemen bijv. voor evenementen met tenten, geluidsinstallaties, videoprojecties…

5. Weet dat enkel vrijwilligers verzekerd zijn via de schoolpolis, en niet de deelnemers aan een activiteit.
De dekking door de schoolpolis geldt enkel voor vrijwilligers en nooit voor deelnemers. Als de ouderwerking bijv. een bedankingsfeestje organiseert voor haar leden, dan zijn enkel degenen die op dat moment ‘meehelpen als vrijwilliger’ gedekt door de schoolpolis. De andere ouders zijn op dat moment deelnemers en vallen niet onder de schoolpolis. 

6. Doe steeds aangifte van een ongeval via de schoolpolis.
Komt de schoolpolis niet tussen, dan kan je de familiale verzekering van de aansprakelijke(n) raadplegen.

7. Informeer en registreer je vrijwilligers.
Vraag na aan de directie of verzekeringsmakelaar:
- hoe de vrijwilligers geregistreerd en doorgegeven moeten worden: per activiteit of per schooljaar? Welke gegevens moeten bijgehouden worden bijv. wie, waar en wanneer welke taak uitvoert? Moet dit vooraf doorgegeven worden aan de verzekeringsmaatschappij?
- welke risicovolle activiteiten of onderhoudswerken door vrijwilligers op school NIET gedekt worden door de schoolpolis, bijv. dakwerken, plaatsen vensters… 

8. Koop als ouderwerking geen materialen aan voor de school, maar doe een gift.
Wil je als ouderwerking materialen aankopen voor de school, bijv. speeltuigen, kleuterfietsen, picknicktafels, speeltafels of zitbanken…? Maak het geld als ‘gift’ over aan de school en laat de school het materiaal aankopen. Dit is beter voor de aansprakelijkheid, de garantie en het onderhoud. Het is bovendien essentieel voor de veiligheidskeuring.  Je kan het VCOV-model van schenking gebruiken. Kocht je in het verleden dergelijke materialen op naam van de ouderwerking? Dan bestaat de mogelijkheid om deze alsnog te schenken aan de school. Bespreek dit met de directeur.

9. Neem niet de kortste, maar de veiligste weg naar school.
De schoolpolis dekt lichamelijke schade bij ongevallen van en naar school. Je kind hoeft niet de kortste weg te nemen, maar wel de meest voor de hand liggende of veiligste weg die in een logische tijdspanne afgelegd wordt. Als je vijf of tien minuten van school woont, zal een ongeluk om 20uur ’s avonds niet meer meetellen voor de schoolverzekering. Ook wie zonder toelating de school verlaat, is niet gedekt. Let wel: de burgerlijke aansprakelijkheid op weg van- en naar de school valt onder de aansprakelijkheid van de ouders, niet van de school! (behalve uiteraard als het traject onder toezicht van de school gebeurt, bijv. fietspooling).

10. Vraag na of de school een aparte polis 'omnium opdrachten' heeft afgesloten.
Scholen kunnen een aparte polis ‘Omnium Opdrachten’ hebben afgesloten. Deze polis geldt enkel als ouders ‘in opdracht van de school’ rijden, bijv. om leerlingen te vervoeren naar het zwembad of om boodschappen te doen voor het schoolfeest. Een school is niet verplicht dergelijke verzekering af te sluiten. Vraag dit dus na bij je school.

De omniumverzekering komt enkel tussen voor schade aan het voertuig van de ouder of vrijwilliger die rijdt in opdracht. Voor schade aan de tegenpartij zal de eigen aansprakelijkheidsverzekering auto moeten instaan!

Concreet bij ongeval in fout:
- Schade aan het aangereden voertuig (wagen én inzittenden): de eigen verzekering Burgerlijke Aansprakelijkheid auto moet zowel schade aan het voertuig als de inzittenden vergoeden. Vermits BA-auto een wettelijk verplichte verzekering is, kan en mag geen andere verzekering deze aansprakelijkheid overnemen.
- Schade aan de eigen passagiers: ook deze zijn derden, dus ook hier moet de BA-auto tussenkomen.
- Lichamelijke schade aan de bestuurder zelf: aangifte in de ongevallenverzekering die de school (eventueel) heeft afgesloten voor zijn vrijwilligers.
- Schade aan het eigen voertuig: te regelen in de polis ‘Omnium Opdrachten’ volgens de polisvoorwaarden (werkelijke waarde, geldende vrijstellingen, verzekerde voertuigen..)

Ken je ook de regels voor kinderzitjes? Bij occasioneel vervoer over een korte afstand, geldt voor kinderen die niet door hun eigen ouders worden vervoerd:
- Wanneer er geen of onvoldoende kinderzitjes beschikbaar zijn in de auto, mogen kinderen vanaf 3 jaar achterin zonder kinderzitje. Ze moeten dan de veiligheidsgordel dragen.
- Die uitzondering geldt niet voor kinderen die door hun eigen ouders worden vervoerd. Voor hen geldt de algemene regel: kinderzitje verplicht als ze kleiner zijn dan 1,35m.
- Let op het maximum aantal personen dat vervoerd mag worden, lees er de autopolis op na! 
- Meer info vind je op de website van de
Vlaamse Stichting Verkeerskunde.







Feedback geven