Mag de school de aankoop van een laptop in het secundair onderwijs voor alle leerlingen verplichten?

In het secundair onderwijs is de toegang tot het onderwijs kosteloos. Dit betekent niet dat alles gratis is. Een laptop wordt beschouwd als een geïndividualiseerd werkmiddel dat door de ouders voorzien moet worden als de school beslist om met laptops te werken. 

De school kan ouders verplichten om een bepaald type laptop te kopen. Zij kan ouders echter niet opleggen waar ze de laptop moeten kopen. Vaak kunnen scholen via een groepsaankoop de laptops aan een voordelige prijs aanbieden, maar dan nog kunnen ouders ervoor kiezen de laptop ergens anders te kopen.

De aankoop van een laptop wordt opgenomen in de bijdrageregeling die onderdeel is van het schoolreglement. Dit betekent dat ouders vooraleer het schooljaar begint, zich akkoord verklaren met de verplichte aankoop.

De school moet de mogelijkheid geven om gespreid te betalen. Zij moet ook een contactpersoon hebben tot wie ouders zich kunnen wenden als ze problemen hebben met de schoolrekening.

Het invoeren van laptops moet overlegd worden in de schoolraad waar ook ouders vertegenwoordigd zijn. De standpunten van de ouders worden voorbereid in de ouderraad.

Wanneer de aankoop van de laptops besproken wordt, kunnen volgende vragen gesteld worden:

  • Welke maatregelen of tegemoetkomingen zijn er voor financieel minder gegoede gezinnen?
  • Kan er een speciale regeling getroffen worden voor gezinnen met meerdere kinderen op school?
  • Is er ook een mogelijkheid om een laptop te huren?
  • Wordt duidelijk vermeld dat gespreide betaling mogelijk is?
  • Wijst de school ouders op mogelijke vormen van ondersteuning door de gemeente, het OCMW of de Vlaamse Gemeenschap?
  • Welke timing is voorzien voor de invoering van de laptops?
  • Wanneer is de evaluatie voorzien? Is er bij de evaluatie ook aandacht voor de communicatie, de aankoopprocedure... ?
  • Zijn er bijkomende kosten zoals verzekering, laptoptas, software... ?

Vanaf het schooljaar 2021-2022 werd Digisprong uitgerold.  
De Vlaamse Regering investeerde 375 miljoen euro om de achterstand in het digitale onderwijs om te buigen in een voorsprong. Zo kregen scholen een budget om laptops of andere gelijkwaardige ICT-toestellen aan te kopen of te leasen voor leerlingen vanaf het 5e leerjaar.  

De middelen vanuit Digisprong kunnen nog ontoereikend zijn.  De overheid moedigt schoolbesturen echter aan om uiterste inspanningen te leveren om zo weinig mogelijk aan ouders door te rekenen.  Vanuit de principes van zorgvuldig bestuur kunnen kosten ook niet zomaar doorgerekend worden aan de ouders.  Deze kosten moeten opgenomen worden in de bijdrageregeling van het schoolreglement. Dit komt ter sprake in de schoolraad.
Lees hier meer over Digisprong.